Terjemahan makna Ayah 13 Surah Surah Al-Mujādilah - Terjemahan Berbahasa Belanda - Ensiklopedia Alquran Alkarim

Ayah: 13

ءَأَشۡفَقۡتُمۡ أَن تُقَدِّمُواْ بَيۡنَ يَدَيۡ نَجۡوَىٰكُمۡ صَدَقَٰتٖۚ فَإِذۡ لَمۡ تَفۡعَلُواْ وَتَابَ ٱللَّهُ عَلَيۡكُمۡ فَأَقِيمُواْ ٱلصَّلَوٰةَ وَءَاتُواْ ٱلزَّكَوٰةَ وَأَطِيعُواْ ٱللَّهَ وَرَسُولَهُۥۚ وَٱللَّهُ خَبِيرُۢ بِمَا تَعۡمَلُونَ

13. Vrezen jullie om liefdadigheid te geven voor jullie privé-raadpleging, als jullie het niet kunnen geven en Allah jullie heeft vergeven, verricht dan volmaakte gebeden en geef Zakaat en gehoorzaam Allah. En Allah is Alwetend over wat jullie doen.